Feiten

Over heel 2022 daalt het beleggingsvolume in kantoren, op basis van leverdatum, met 14 procent. Deze daling kwam in de tweede helft van 2022 tot stand. Hiermee is de kantorenbeleggingsmarkt de enige asset class die in 2022 -op basis van leverdatum- minder presteerde dan in 2021. Op basis van cijfers op overeenkomstdatum is de daling over heel 2022 29 procent.

De bruto aanvangsrendementen van kantoren lopen sterk uiteen. Voor bestaande panden lopen de bruto aanvangsrendementen op tot 14 procent. Daar staan bruto aanvangsrendementen van 3,5 procent tegenover voor kantoorpanden op A-locaties en nieuwbouw panden met een hoog energielabel. Het mediane bruto aanvangsrendement van alle kantoortransacties waarbij deelnemers in StiVAD in 2022 betrokken waren, bedroeg 6,8 procent.

  • Het transactievolume op basis van leverdatum¹, in 2022 is uitgekomen op € 4,4 miljard
  • Dit was een daling van -/- 14% ten opzichte van 2021 (€ 5,1 miljard)

  • Het transactievolume, op basis van overeenkomstdatum² in 2022 is uitgekomen op € 4 miljard
  • Dit was een daling van -/- 29% ten opzichte van 2021 (€ 5,6 miljard)
  • Kantoorbeleggingen kennen een grotere heterogeniteit dan woningbeleggingen, wat zich uit in een grotere spreiding

Bovenstaand spreidingsdiagram visualiseert het verschil tussen bruto  aanvangsrendementen van transacties van woningcomplexen (blauwe cirkels) en van kantoren (grijze cirkels), het transactievolume (hoe groter de cirkel, hoe groter de koopsom) in de periode 2020 tot en met 2022. De selectie van beleggingen betreffen uitsluitend transacties van StiVAD deelnemers. De spreiding van de gegevens in
het diagram geeft een beeld van de variatie van de bruto aanvangsrendementen voor beide categorieën beleggingen. Een grote clustering van punten duidt op een relatief homogene spreiding, terwijl een grote spreiding duidt op een hogere variabiliteit van de rendementen. Uit het spreidingsdiagram zijn een aantal conclusies te trekken:

  • kantoorbeleggingen kennen een grotere variabiliteit van de rendementen dan woningbeleggingen;
  • het beleggingsvolume neemt in de loop van de tijd af;
  • de meeste transacties vinden plaats tegen jaareinde.

Het is belangrijk om te onthouden dat een spreidingsdiagram slechts een visuele weergave is van de gegevens en dat er niet noodzakelijk sprake hoeft te zijn van een causaal verband.